Alternatieve Troonrede

19-09-2015

“Leden van de Staten-Generaal,

Deze week is het de EU weer niet gelukt om het eens te worden over de verdeling van 120.000 vluchtelingen. Op 500 miljoen Europeanen is dat zoiets als geen plek kunnen vinden voor één extra paar sokken in het gehele bagageruim van een Boeing 747.

The words don’t matter

30-01-2014

Ladies and gentlemen,

I am a speechwriter.

When you meet me at a party,
you react as if I am the biggest disappointment
since you discovered the Tooth Fairy doesn’t exist.

Eigen daklozen eerst?

30-12-2011

‘Wat is Nederland een koud land!’, riep een niet-Nederlandse dakloze mij laatst wanhopig na. En hoewel het buiten bijna vroor, was dat niet zijn voornaamste klacht. Nog niet, tenminste. Daklozen die korter dan drie maanden in Nederland zijn, worden in de hoofdstad straks wellicht geacht ‘s nachts zelf een dak boven hun hoofd te regelen. In 2010 had slechts een kwart van de gebruikers van de winterkoudeopvang binding met Amsterdam, problematiseerde de GGD. Hoewel het totale aantal bedden in Amsterdam dat jaar niet meer dan 340 bedroeg – nog geen half procent op de totale Amsterdamse bevolking – moeten er maatregelen getroffen worden. In januari buigt de Amsterdamse gemeenteraad zich opnieuw over die strengere criteria voor winteropvang.

We vergeten voor het gemak dat juist van daklozen  te verwachten valt dat ze weinig binding met de stad of het land hebben en dat de kern van hun probleem er juist in ligt dat ze geen dak boven het hoofd kunnen regelen. Opvang is, paradoxaal genoeg, allen voor ónze dak- en thuislozen!

Einde van i-

07-10-2011

Het duurde even, toch zeker veertig seconden, voordat ik deze ochtend wijs kon worden uit de massa updates in mijn Twitter stream en Facebook feed. ‘iSad’, een plaatje van een appel met een hoofdvormige hap eruit, een geschiedenisleraar die zijn lessen over de industriële revolutie gaat omgooien om het over Steve Jobs te hebben. Aha! De grote man van Apple is niet meer onder ons!

In de trein

12-09-2010

In de trein

hebben twee kinderen een buitensporige interesse opgevat voor het luid klapperende mechaniek van het deksel van de vuilnisbak en voor het klaptafeltje aan de rugleuning van mijn stoel.  Ondertussen gaan ze de onderlinge verhoudingen na.

“Jij bent zesendertig jaar jonger dan mama, Amber.”

“Hoe weet je dat?”

“Dat heb ik uitgerekend. Jij bent zesendertig jaar jonger en ik ben drieëndertig jaar jonger dan mama.”