Postkantoor

18-02-2008

Achter de balie van mijn sigarenwinkel annex postkantoor staat een man met het soort doorsnee uiterlijk dat je soms op straat ineens als verdacht voorkomt. Hij draagt altijd zwarte truien en weet tussen de op, achter en onder de toonbank uitgestalde waren feilloos de pakjes Camel Light te vinden.

Er zijn in dit postkantoor altijd twee wachtenden voor je. Vandaag zijn het twee plat-Amsterdamse vrouwen met vettige gezichten als van een veertienjarige. Ze verdringen elkaar voor een flirt met de postzegelverkoper.

Stout is fataal – nog een reden

07-02-2008

Hoe fataal is ‘stout’ vraagt Dylan van Rijsbergen zich af op dit weblog. En hij concludeert dat de reeds door Klimt vereeuwigde feeks, die de man het hoofd op hol brengt en hem vervolgens een verschrikkelijke syfilis-dood doet sterven, nog altijd bestaat. Sterker nog, dat zij een opmars doormaakt. Want vrouwen willen macht, succes en marktwaarde en de snelle weg daarheen is seks.

Gemeenschap

31-10-2007

Min of meer in het verlengde van de vraag naar of er een Nederlandse identiteit bestaat (zie Máxima) ligt de vraag of Nederland een gemeenschap is. Het is handig om je een gemeenschap te voelen, want dan doe je over het algemeen net wat meer voor elkaar. En misschien is het wel makkelijker om je een gemeenschap te voelen als je een gedeelde identiteit hebt. Of liggen de verbanden allemaal net andersom? Hoe het ook zij, het gemeenschapsgevoel doet zich in Nederland als ik het goed zie met regelmaat gelden. Bij de begrafenis van André Hazes, op de verjaardag van de koningin of bij de een of andere sportfinale.

Of op de pont van Amsterdam-Noord naar het Centraal Station, de laatste van vannacht, waar zich op het dek een wat uitgelaten massa heeft verzameld. Opgetogen na een avond festivalbezoek met vrienden en drankjes. En als vanzelf worden wij allemaal bekenden van elkaar.

Koekjes

16-10-2007

Het werd nogal warm in de bakkerij in de Haarlemmerstraat. U weet wel, daar waar de beste croissantjes van Amsterdam worden verkocht en de vaste klanten een portret aan de muur krijgen. En als u het niet weet, stelt u zich dan witte zwembadtegels op de vloer voor en tafeltjes die thuishoren in de snackbar, waaraan altijd wel iemand de krant zit te lezen.

Hoewel deze bakkerij een reputatie voor croissants heeft, schuilt achter de Franse naam stiekem gewoon een gastarbeider-bakker. Het personeel staat klanten net zo makkelijk te woord in het Nederlands als in onverstaanbaar, niet-Indo-Europees. En tussen de meergranen ongesneden tegen de muur liggen pides.

Moraalridster

02-08-2007

Op haar stoep hangen drie jongetjes. Duidelijk nog door hun moeder gekleed, net hoog genoeg om in de Python te mogen. “Mevrouw… mevrouw!”, het klinkt als nu of nooit, “Heeft u misschien een sigaretje?”

Gezien hun jeugdige onschuld is zij zo goed te antwoorden. “Natuurlijk niet, roken is hartstikke vies.”

Dat hadden ze niet verwacht. Terwijl mevrouw haar vuilnis in de container kiepert besluiten ze tot plan B: “Heeft u dan misschien hasjiesj? (de nieuwe generatie en haar straattaal ook).”